Artikelen
27 december 2016
Column: Belasting betalen en doodgaan
De twee zekerheden in het leven. Met het opstellen van een goed testament komen beide aspecten aan de orde.
We zijn er niet graag mee bezig, maar we weten dat het onvermijdelijk is: dood gaan. Mijn levensmotto is daarom geniet van het leven en stel geen wensen uit als je deze (al) kunt vervullen. Toch is het goed om zo nu en dan eens na te denken over de gevolgen van je overlijden. Wat laat je allemaal na en wie zouden dat moeten erven? In een testament kun je dat heel specifiek omschrijven.
Kom je te overlijden zonder testament, dan zal je nalatenschap volgens de wettelijke regeling vererven. Ben je gehuwd of als partner geregistreerd, dan erft de langstlevende. Heb je daarnaast ook kinderen, dan krijgen zij een vordering op de langstlevende ter grootte van hun normale erfdeel. Die vordering is in beginsel niet opeisbaar. De wetgever heeft er voor gekozen in 2003 om de langstlevende te beschermen tegen aanspraken van kinderen.
Ben je niet gehuwd of als partner geregistreerd en laat je geen afstammelingen na, dan zullen op grond van de wet ouders, broers en zussen erven. Een partner waarmee ongehuwd en niet geregistreerd wordt samengewoond erft dus niet, ongeacht de duur van de samenwoning. Een testament is nodig om de partner (mee) te laten erven. Een samenlevingscontract (is geen geregistreerd partnerschap!) regelt in veel gevallen wat er met de gezamenlijke spullen dient te gebeuren, maar dat ziet niet op de vererving van het privé vermogen.
Wat kun je zoals regelen in een testament? Het wettelijk erfrecht kan aangevuld worden met bepalingen zoals de privé clausule, de benoeming van een executeur, voogd of bewindvoerder. Vaak wordt een ongevalsclausule opgenomen waarmee wordt aangegeven wie er dienen te erven als de wettelijke erfgenamen gelijktijdig met of kort na jou komen te overlijden. Ook bestaat nogal eens de behoefte om over het graf heen te regeren door te bepalen dat als een erfgenaam na de overledene komt te overlijden, hetgeen dan resteert naar een of meer bepaalde personen moet gaan. Dat noemen we in vakjargon een tweetrapsmaking.
Afwijken van de wettelijke regeling is ook mogelijk. Een echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner kan onterfd worden (breng ik je op een idee? J). Ook kinderen kunnen onterfd worden. Men denkt nog wel eens dat een onterving niet kan of mag omdat kinderen recht op hun legitieme portie hebben. Dat is dus niet zo. Onterven kan altijd. Het onterfde kind zal na onterving zelf een beroep moeten doen op de legitieme portie om alsnog aanspraak te kunnen maken. De legitieme portie bedraagt overigens de helft van het wettelijke erfdeel en betreft een vordering in geld.
Ook kun je specifiek genoemde personen of (goed doel) organisaties tot erfgenaam benoemen of een legaat doen toekomen. Via een legaat wordt een bepaald goed, bedrag of een deel van de nalatenschap toegekend en dit komt ten laste van de erfgenamen. Vaak wordt er een bepaald bedrag gelegateerd aan bijvoorbeeld kleinkinderen of een goed doel. Daarmee wordt erfbelasting bespaard. Een kleinkind (net als een kind) kan vrij van erfbelasting zo’n 20.000 euro erven. Een goed doel is meestal vrijgesteld van erfbelasting. Dat bespaart tussen de 10% en 20% aan heffing.
Je hebt alle vrijheid om je testament in te kleden zoals je dat wilt. Denk daar eens over na en loop gerust eens bij mij binnen om daar een goed gesprek over te voeren. Voor veel mensen geeft het een goed gevoel en geestelijke rust als het testament eenmaal naar wens is opgemaakt.
Roland van Mourik
Notaris bij Hekkelman Advocaten | Notarissen
r.van.mourik@hekkelman.nl
www.hekkelman.nl
