Artikelen
16 september 2013
Klaar voor de start aanleg stadsverwarmingsnetwerk
Netwerkbedrijf Alliander, de gemeente Nijmegen, Nuon en Afvalenergiecentrale ARN werken, met steun van de provincie Gelderland, nauw samen bij de aanleg van een warmtenet. Warmte die vrijkomt bij vuilverbranding wordt gebruikt voor de verwarming van woningen, die daardoor bijvoorbeeld geen gasgestookte CV-ketel meer nodig hebben. Een efficiënte oplossing met een veel lagere CO2-uitstoot.
Een projectteam ging van start met het ontwerp van het tracé van de ARN-locatie op TPN-West naar de Waalsprong in Nijmegen-noord. Februari volgend jaar gaat de eerste schop de grond in, september 2014 moet het tracé zijn aangelegd en begin 2015 moet de leiding in bedrijf zijn.
Liandon, ingenieursbureau en projectorganisatie van Alliander is samen met A.Hak Leidingbouw verantwoordelijk voor het project. “Dat dit een complex traject is mag duidelijk zijn. We hebben zes kilometer aan te leggen”, vertelt Kees Sinke (projectleider Liandon). Itske van Lith (omgevingsmanager Liandon) somt enkele uitdagingen op: “We graven door bebouwd gebied en boren horizontaal gestuurd onder dijken, het Maas- Waalkanaal en ter hoogte van GDF-Suez onder de Waal. Daarom hebben we alle kennis die in de markt aanwezig is vanaf het eerste begin bij dit project betrokken. We proberen het tracé zoveel mogelijk in openbaar terrein aan te leggen, dus wegbermen en wegen, maar op een aantal plaatsen is dat niet mogelijk. Met die bedrijven zijn we in overleg.”
Lastig traject
Aart van Westrienen is hoofd werkvoorbereiding van A.Hak Leidingbouw. “Dit is ook voor ons een complex project, want er zitten veel obstakels onder de grond. We hebben ons uitvoeringsplan inmiddels uitgewerkt en ook het plan voor de te nemen verkeersmaatregelen. We leggen de leidingen anderhalve meter onder de grond aan. De leidingen hebben een diameter van 45 centimeter, de binnenbuis is van staal, daar omheen zit een PURisolatielaag met een mantelbuis van polyethyleen. De Waalkruising wordt op een diepte van 26 meter uitgevoerd in een staal-in-staal systeem.”
Kees Sinke: “Er is net als bij een cvinstallatie sprake van een gesloten systeem. Het tracé begint bij een warmteoverdrachtstation op de ARNlocatie en gaat rechtstreeks naar de woningen in Nijmegen-noord. De buis vervoert straks water van maximaal 120 graden Celsius onder druk van maximaal 25 bar naar de Waalsprong en water dat zo koud mogelijk is weer retour. Er is nauwelijks sprake van warmteverlies. Vanaf het hoofdafleverpunt in Nijmegennoord neemt Nuon het van ons over. Zij zijn verantwoordelijk voor de distributie naar de individuele woningen. We houden rekening met een eventuele aftakking voor de Waal richting Waalfront, want ook daar wordt in de toekomst woningbouw gerealiseerd.”
Voorlichting
Zo’n project brengt natuurlijk de nodige overlast met zich mee. Itske van Lith: “We hebben bij de keuze voor het tracé geprobeerd zo weinig mogelijk overlast te veroorzaken. In april hebben we een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd en er volgt in september nog een voorlichtingsavond. We bezoeken de bedrijven die wat meer overlast kunnen verwachten, bijvoorbeeld omdat we noodgedwongen over hun terrein moeten. Overigens garanderen we gedurende het gehele traject de veiligheid en de bereikbaarheid van alle bedrijven en omwonenden.” Dit project mag voor Nijmegen nieuw zijn, het is een techniek die zijn nut al langer heeft bewezen. “Dit is de toekomst, je maakt gebruik van restwarmte die anders in de lucht of het water wordt geloosd in een uitermate nuttige toepassing. Je voorkomt het gebruik van fossiele brandstoffen en reduceert de CO2-uitstoot. De terugverdientijd van zo’n project is lang, je praat al snel over tientallen jaren, maar de voordelen zijn onmiskenbaar groot”, vertelt Kees Sinke.