Artikelen
13 januari 2015
Poelmann van den Broek, BDO en Rabobank organiseren inspiratiesessies voor familiebedrijven
Tom Teggelaar en Erik Jansen van Poelmann van den Broek, Eric van Gaalen van BDO en René Smits van Rabobank Rijk van Nijmegen zijn de initiatiefnemers van de inspiratiesessies voor familiebedrijven. Inmiddels zijn de eerste sessies achter de rug en staan de volgende in februari gepland. Ze praten over het doel van de sessies, de uitvoering en hun ervaringen.
De organiserende bedrijven hebben op hun eigen vakgebied zeer specialistische kennis over de begeleiding van familiebedrijven. “Die expertise delen we graag, maar het gaat ook om de ‘softe’ kant van familiebedrijven, de (familie)relaties. Dat wordt nog wel eens vergeten. Door het organiseren van deze sessies wilden we daar voor onszelf en voor de deelnemers meer inzicht in krijgen. Bovendien bieden we de deelnemers een platform om met elkaar kennis te maken en hun ervaringen met elkaar te delen.”
Gelijkgestemden
Er worden drie sessies georganiseerd, telkens bij een van de deelnemende partijen in een lunch- en borrelversie en in een kleine groep van maximaal vijftien deelnemers. “We zullen de sessies in 2015 afsluiten met een gezamenlijke bijeenkomst, die we nog moeten invullen. We hebben bedrijven uit onze eigen relatiebestanden uitgenodigd en de eerste sessies hebben in september bij BDO plaatsgevonden. De spreker daar was Joost Vat, consultant en partner bij BDO Nederland en hoofd van de vakgroep Familiebedrijven. Hij had het met name over familieverhoudingen, over het zoeken van geschikte opvolgers en de emotionele kant van het familiebedrijf. Opvallend was de gelijkgestemdheid en de herkenning onder de deelnemers aan de sessies. Ze gingen met elkaar in gesprek, deelden hun persoonlijke ervaringen, ze begrepen elkaar. Ieder van de organiserende partijen heeft voor elk specifiek probleem wel een technische oplossing paraat, maar het was goed om ook eens de sociaal-psychologische aspecten onder de aandacht te brengen .”
Ervaringen
Een gemiddeld familiebedrijf bestaat ”slechts” 24 jaar en de belangrijkste oorzaak van het verdwijnen van de familie uit bedrijven – het bedrijf blijft wel bestaan, maar krijgt bijvoorbeeld externe aandeelhouders – is onmin binnen de familie. Dat geeft aan hoe complex die bedrijven zijn en hoe slecht een bedrijfsoverdracht kan uitpakken. “Het gaat bij opvolging als het goed is nooit om de financiële vooruitzichten, het gaat om de continuïteit van het bedrijf, niet om de gouden eieren, maar om de kracht van de kip die de eieren legt en de wens de kip te willen verzorgen. Dat vraagt van opvolgers om authentieke passie voor het bedrijf. Daar hoort ook bij dat zowel junior als senior in staat is om verwachtingen te managen. Tijdens de inspiratiesessie kwamen al die zaken boven tafel, er waren ook meerdere generaties aanwezig. Dan merk je dat de problematiek heel herkenbaar is en de oplossingen bleken voor iedereen op een ander terrein te liggen. Er is namelijk geen universele oplossing, dat is altijd maatwerk. Daar heb je goede toezichthouders voor nodig of adviseurs die je vertrouwt. Anders wordt een adviseur al snel een advizeur. Daarom staat de voor februari geplande sessie in het teken van bestuur en toezicht in het familiebedrijf. Dat werkt anders dan in andere bedrijven. De familie moet de ruimte geven en de toezichthouder moet de onderlinge verhoudingen kennen. Een goede toezichthouder kan zich ontwikkelen tot een oliemannetje, die smeert voordat de boel vastloopt.”
Platform
Het doel van de sessies is ook om een platform te bieden voor ondernemers in familiebedrijven. Ondernemen kan heel eenzaam zijn, dan is het prettig om met gelijkgestemden over je eigen problematiek te praten. “Goed om te zien dat er na afloop van de eerste sessie druk kaartjes werden uitgewisseld, ze maakten onderling vervolgafspraken. Wij leren er ook van. De adviesrol is de laatste tien jaar ingrijpend veranderd. De centrale vraag is tegenwoordig ‘wat willen jullie?’ Die sessies geven ons goede antwoorden op die vraag en alleen dat al is voor ons zeer waardevol.”